Waarom krimpen dieren wereldwijd? Dit zegt de wetenschap!

Hoewel het misschien vreemd lijkt, krimpen dieren al tientallen jaren beetje bij beetje. Verrast? Lees verder om erachter te komen waarom.
Waarom krimpen dieren wereldwijd? Dit zegt de wetenschap!

Laatste update: 29 oktober, 2021

De afgelopen 40 jaar heeft zich een fenomeen voorgedaan dat zowel biologen als ecologen intrigeert: dieren krimpen generatie na generatie. Het heeft nogal wat jaren geduurd voordat deze gegevens onder onze aandacht kwamen. Dat komt omdat het een langzaam en subtiel proces is. Toch hebben recente studies deze kwestie grondig onderzocht.

Hoe kunnen dieren kleiner worden? Hoewel er nog steeds uiteinden aan elkaar te knopen zijn, lijkt het erop dat de opwarming van de aarde daar opnieuw iets over te zeggen heeft. Als je wilt weten wat deze twee fenomenen met elkaar te maken hebben, lees dan verder en je vindt de antwoorden.

Regel van Bergmann en opwarming van de aarde

Het is niets nieuws dat individuen van dezelfde soort verschillende groottes hebben. Dit is vaak afhankelijk van het tijdsinterval of de locatie. In feite is er in de ecologie een principe dat bekend staat als de regel van Bergmann.

Die regel stelt dat individuen in een populatie van endotherme (warmbloedige) dieren groter zullen zijn in koudere klimaten. Ze zijn juist kleiner op warme plaatsen.

Dit is direct gerelateerd aan het lichaamsoppervlak. Grote dieren kunnen gemakkelijker warmte vasthouden. Kleinere dieren kunnen deze warmte juist beter kwijtraken in warme klimaten. Daarom zou volgens deze norm worden verwacht dat de lichaamsgrootte van dieren zou veranderen waar de opwarming van de aarde de temperatuur heeft beïnvloed.

Een van de zeldzaamste huisdieren ter wereld

Fossiel bewijs dat dieren krimpen

Dat dieren krimpen komt voor ons niet als een verrassing. Gedurende de hele geschiedenis van de aarde zijn de mondiale temperaturen veranderd als gevolg van extreme weersomstandigheden (zoals ijstijden).

Door de fossielen van het vroege Eoceen is bevestigd (Engelse link) dat veel levende wezens in de loop van 10.000 jaar kleiner werden met toenemende temperaturen tussen 5 en 8 graden.

Deze onderzoeken dienen niet alleen om te bevestigen dat temperaturen de lichaamsgrootte beïnvloeden, maar ze bieden ook een basis om de effecten (Engelse link) van de opwarming van de aarde in onze toekomst te voorspellen. Volgens hun berekeningen zal de planeet in 2040 naar verwachting 1,5 graad warmer zijn.

Dieren krimpen: de gegevens

Er zijn veel onderzoeken die een verband hebben gevonden tussen klimaatverandering en het feit dat dieren geleidelijk krimpen. Zo bleken in 2019 52 vogelsoorten in de collectie van het Field Museum tussen 1978 en 2016 met 2,6% te zijn afgenomen.

Er zijn zelfs dieren die groter worden vanwege ditzelfde effect. Dat komt doordat de opwarming van de aarde de komst van de winter vertraagt. Daardoor kunnen grote zoogdieren hun groeiperiode juist verlengen.

Het is ook bekend dat het geval van Brevoortia menhaden (Engelse link) (Brevoortia tyrannus) in de afgelopen 65 jaar met 15% is afgenomen.

De veldmuizen van het Doñana National Park in Spanje zijn anders getroffen – vandaag wegen ze een derde van wat ze 40 jaar geleden deden.

De lengte van de Noordkaper (Eubalaena glacialis) is sinds de jaren tachtig met bijna 1 meter verminderd.

Verklaringen voor endotherme en ectotherme dieren

Het metabolisme van elk dier en de omgevingstemperatuur zijn ook gerelateerd aan deze gebeurtenis. In koude klimaten neemt het basale metabolisme van het lichaam toe, waardoor het organisme tijdens zijn rijping verder kan groeien en zo voldoet aan de regel van Bergmann. Als de temperatuur stijgt door de opwarming van de aarde, neemt deze groei af.

En hoe zit het met ectotherme (koudbloedige) soorten, zoals reptielen en amfibieën? Een vermindering van hun gemiddelde grootte is ook gedocumenteerd en er is ook een verklaring voor.

Warme temperaturen versnellen bijvoorbeeld de ontwikkelingsfasen van kikkers en hun groeisnelheid wordt niet gehandhaafd. Op deze manier zijn ze kleiner wanneer ze hun metamorfose voltooien.

De afname van de grootte van een dier door acties die geen verband houden met natuurlijke selectie, kan een verwoestende gebeurtenis zijn voor zijn overleving.

De zesde massa-extinctie

In de geschiedenis van de aarde zijn er al vijf massale uitstervingen van soorten geweest, waarna de planeet zich heeft weten te herstellen. Dit herstel heeft echter miljoenen jaren geduurd.

Nu, met de acties van de mens, is de zesde uitsterving dichterbij dan eerder werd aangenomen. De snelheid waarmee soorten verdwijnen is 100 tot 1.000 keer hoger dan verwacht.

Alleen al het verdwijnen van een dier of plant houdt veel meer in dan dat we die soort nooit meer kunnen zien. De onderlinge afhankelijkheid van soorten is een delicaat evenwicht. Als de “poten” van de “ecosysteemtafel” worden afgezaagd, gaat het steeds meer wiebelen.

Roofdieren die zonder voedsel komen te zitten en verminderde verspreiding van zaden en stuifmeel, toegenomen populaties van andere soorten et cetera: de voorbeelden van de destabilisatie van voedselketens zijn legio.

Waarom krimpen dieren

Hoewel de inspanningen om de toekomstige effecten van menselijk handelen op de planeet te voorspellen en te voorkomen, intensief zijn, betekent de complexiteit van ecosystemen altijd dat onverwachte factoren optreden.

Experts verzekeren ons dat de maatregelen die tot nu toe genomen zijn slechts een doekje voor het bloeden zijn. Als het kernprobleem niet wordt aangepakt, is er ook geen oplossing voor de effecten van klimaatverandering.


Alle aangehaalde bronnen zijn grondig gecontroleerd door ons team om hun kwaliteit, betrouwbaarheid, actualiteit en geldigheid te waarborgen. De bibliografie van dit artikel werd beschouwd als betrouwbaar en wetenschappelijk nauwkeurig.


  • Turner, R. E. (2017). Smaller size‐at‐age menhaden with coastal warming and fishing intensity. Geo: Geography and Environment4(2), e00044.
  • Abigail, R. D., Clyde, W. C., Fricke, H. C., Gingerich, P. D., & Abels, H. A. (2017). Repetitive mammalian dwarfing during ancient greenhouse warming events. Science Advances3(3), e1601430.
  • Haynes, L. L., & Hönisch, B. (2020). The seawater carbon inventory at the Paleocene–Eocene Thermal Maximum. Proceedings of the National Academy of Sciences117(39), 24088-24095.
  • Sheridan, J. A., & Bickford, D. (2011). Shrinking body size as an ecological response to climate change. Nature climate change1(8), 401-406.

Deze tekst wordt alleen voor informatieve doeleinden aangeboden en vervangt niet het consult bij een professional. Bij twijfel, raadpleeg uw specialist.