Alles over chemotherapie voor honden
Chemotherapie wordt bij honden meestal gebruikt om lymfosarcoom en mastocytoom te behandelen. Lymfosarcoom is een type neoplasma dat de lymfocyten aantast en de lever en de milt kan beschadigen.
Mastocytoom is een soort huidkanker die het bindweefsel aantast en kan uitzaaien naar andere organen. Ook moet de behandeling zo snel mogelijk worden uitgevoerd.
In beide gevallen is het effect van de chemische behandeling opmerkelijk, met een succespercentage van ongeveer 80%. Chemotherapie kan echter ook worden gebruikt voor de behandeling van andere vormen van kanker die veel voorkomen bij honden.
Hieronder vind je enkele voorbeelden:
- huidkanker
- lymfomen
- borstkanker
- kankertumoren (voornamelijk in het hoofd en de nek)
- testikelkanker
- botkanker
Hebben alle honden met kanker chemotherapie nodig?
Het antwoord is nee. Chemotherapie is een effectieve kankerbehandelingen voor honden, maar een dierenarts is degene die beslist of het nodig is. Het gebruik ervan hangt af van de evolutie van de kanker in het lichaam en de gezondheidstoestand van de hond. Over het algemeen zal de dierenarts in de volgende gevallen chemotherapie aanbevelen:
Wanneer de tumor meerdere organen aantast of uitzet in het lichaam
Dit gebeurt wanneer de kankercellen zich over het hele lichaam hebben verspreid of meerdere organen aantasten, bijvoorbeeld een lymfoom. Het wordt dan onmogelijk om de tumor door middel van een operatie te verwijderen.
In deze gevallen is chemotherapie meestal de beste optie om te voorkomen dat de tumor zich uitbreidt. Ook om de levensverwachting van het dier te verlengen kan dit werken. Chemotherapie wordt echter meestal niet aanbevolen als de kanker al in een vergevorderd stadium is, als er sprake is van uitzaaiingen of als de hond erg zwak is.
Wanneer de chirurg de tumor niet volledig verwijdert tijdens de operatie
In sommige gevallen is de extractieoperatie haalbaar en effectief, maar de dierenarts kan niet de hele tumor verwijderen. In dit geval kan de dierenarts na de operatie chemotherapie gebruiken om de kankercellen te verwijderen.
Wanneer de tumor te groot is om operatief te worden verwijderd
Als de dierenarts ziet dat de tumor te groot is om operatief te worden verwijderd, kan chemotherapie worden gebruikt om hem te verkleinen. Afhankelijk van de reactie op de behandeling zal de dierenarts de haalbaarheid van een post-chemotherapieoperatie voor het verwijderen van de tumor analyseren.
Na het verwijderen van een tumor
Zelfs wanneer de operatie succesvol is en het lukt om de tumor verwijderen, kan de dierenarts chemotherapie voorschrijven. Hierdoor worden de resterende kankercellen verwijderd en wordt de vorming van nieuwe tumoren voorkomen.
Hoe werkt chemotherapie voor honden?
Kankercellen hebben een abnormale groei, wat betekent dat ze zich sneller vermenigvuldigen dan normale cellen. Chemotherapie is bedoeld om de groei te vertragen en eventuele kankercellen te elimineren.
Er worden speciale medicijnen worden gebruikt om de versnelde activiteit van de kwaadaardige cellen op te sporen en ze te vernietigen. Chemotherapie is effectiever voor jonge of kleine tumoren die een intense snelheid van celdeling laten zien.
Bij gevorderde kanker vertragen de kankercellen hun voortplanting en komen ze in een rusttoestand terecht. In dit geval zijn chemotherapiemedicijnen niet in staat om kwaadaardige cellen te onderscheiden van normale cellen.
Krijgen honden ook bijwerkingen van chemotherapie?
Zoals bij bijna alle medicijnbehandelingen heeft ook chemotherapie enkele bijwerkingen. Naar schatting heeft echter slechts 5% van de patiënten na de behandeling een negatief resultaat.
Tot de belangrijkste bijwerkingen van chemotherapie voor honden behoren onder andere:
- Voedsel- en spijsverteringsproblemen, zoals gebrek aan eetlust, diarree, misselijkheid en braken. Gelukkig zijn er veel medicijnen en enkele natuurlijke supplementen om deze problemen te voorkomen en te verlichten.
- Verzwakt immuunsysteem. Sommige honden kunnen last hebben van een verzwakt immuunsysteem, veroorzaakt door het effect van de chemotherapie. Hierdoor zijn ze kwetsbaarder voor het ontwikkelen van talrijke ziekten, van verkoudheid tot complexe infecties.
- Haaruitval. Het komt zelden voor dat honden hun haar verliezen tijdens de chemotherapie. Sommige honden kunnen echter last hebben van haaruitval. Soms groeit het haar in die gebieden terug met een andere kleur en textuur.
Gelukkig hebben de wetenschappelijke vooruitgang en de diergeneeskunde aanzienlijke verbeteringen aangebracht in de chemotherapie voor honden. Hierdoor is de prognose voor een kankerdiagnose veel positiever dan in het verleden.